Invoeringswet nieuwe en gewijzigde arbeidsongeschiktheidsregelingen
Artikel XIV VAN TOEPASSING BLIJVENDE AAW-BEPALINGEN
1
Voor een persoon die als zelfstandige, beroepsbeoefenaar of meewerkende echtgenoot als bedoeld in de artikelen 4 tot en met 6 van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, recht krijgt op een arbeidsongeschiktheidsuitkering op grond van die wet, blijven:
a
de artikelen 5, 12, tweede tot en met vierde lid, en 23, van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet, zoals die artikelen luidden op 31 december 1986, van toepassing, indien hij op die dag recht had op een arbeidsongeschiktheidsuitkering en op 1 augustus 1993 de leeftijd van 45 jaar heeft bereikt;
b
indien onderdeel a niet van toepassing is, artikel 5 van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet, zoals dat artikel luidde op 31 juli 1993, van toepassing, indien hij op die dag recht had op een arbeidsongeschiktheidsuitkering en op 1 augustus 1993 de leeftijd van 45 jaar heeft bereikt;
c
de artikelen 24 en 26 van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet, zoals die artikelen luidden op 31 juli 1993, van toepassing, indien hij op die dag recht had op een arbeidsongeschiktheidsuitkering en op 1 augustus 1993 de leeftijd van 50 jaar heeft bereikt.
2
Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat voor gevallen waarin dit artikel niet voorziet, dan wel toepassing van dit artikel tot onbedoelde consequenties leidt, zonodig in afwijking van het eerste lid, artikelen van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet, zoals die artikelen luidden tot een bij die maatregel te bepalen datum, gelegen voor de datum van inwerkingtreding van deze wet, voor al dan niet bepaalde duur van toepassing blijven op een persoon als bedoeld in het eerste lid.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.